Preekarchief

Via de filteroptie ‘Toon filter’ bovenaan kunnen de preken gefilterd worden op predikant, Bijbelboek, serie, dienst en datum. Door op de titel (tekst) van de preek te klikken wordt er meer informatie over de preek getoond en is er de mogelijkheid om de preek te downloaden.

1 Korinthe 14:34-35 (1 Korintiërs 14:26-40)

ds. A.C. Uitslagds. A.C. Uitslag, 4 november 2018
Deel van de Ds. Uitslag - Paulus eerste brief aan de Korinthiërs serie, gepreekt in een Zondag Morgen dienst

De kerkelijke actualiteit raakt het gezag van Gods woord.
1.Luisteren naar Gods woord.
2.Bewaren van Gods woord.

Tags:

Eerder: Zelfde dag: Later:
« 1 Korinthe 15:35-44 Handelingen 28:1-10 Job 38:1-7 »

1 Korintiërs 14:26-40

26Wat is het dan, broeders? Wanneer gij samenkomt, een iegelijk van u, heeft hij een psalm, heeft hij een leer, heeft hij een vreemde taal, heeft hij een openbaring, heeft hij een uitlegging; laat alle dingen geschieden tot stichting; 27En zo iemand een vreemde taal spreekt, dat het door twee, of ten meeste drie geschiede, en bij beurte; en dat een het uitlegge. 28Maar indien er geen uitlegger is, dat hij zwijge in de Gemeente; doch dat hij tot zichzelven spreke, en tot God. 29En dat twee of drie profeten spreken, en dat de anderen oordelen. 30Doch indien een ander, die er zit, iets geopenbaard is, dat de eerste zwijge. 31Want gij kunt allen, de een na den ander profeteren, opdat zij allen leren, en allen getroost worden. 32En de geesten der profeten zijn den profeten onderworpen. 33Want God is geen God van verwarring, maar van vrede, gelijk in al de Gemeenten der heiligen. 34Dat uw vrouwen in de Gemeenten zwijgen; want het is haar niet toegelaten te spreken, maar bevolen onderworpen te zijn, gelijk ook de wet zegt. 35En zo zij iets willen leren, laat haar te huis haar eigen mannen vragen; want het staat lelijk voor de vrouwen, dat zij in de Gemeente spreken. 36Is het Woord Gods van u uitgegaan? Of is het tot u alleen gekomen? 37Indien iemand meent een profeet te zijn, of geestelijke, die erkenne, dat, hetgeen ik u schrijf, des Heeren geboden zijn. 38Maar zo iemand onwetend is, die zij onwetend. 39Zo dan, broeders, ijvert om te profeteren, en verhindert niet in vreemde talen te spreken. 40Laat alle dingen eerlijk en met orde geschieden. (SV)