Preekarchief

Via de filteroptie ‘Toon filter’ bovenaan kunnen de preken gefilterd worden op predikant, Bijbelboek, serie, dienst en datum. Door op de titel (tekst) van de preek te klikken wordt er meer informatie over de preek getoond en is er de mogelijkheid om de preek te downloaden.

2 Petrus 1:10 (2 Petrus 1:3-15)

ds. J. Hoefnagel, 24 oktober 2021
Deel van de Vrije Stof serie, gepreekt in een Zondag Middag dienst

Roeping en verkiezing vast maken.
1.Ernstige aansporing.
2.De weg waarop het gaat.

Tags:

Eerder: Zelfde dag: Later:
« Heidelbergse catechismus zondag 31 vraag en antwoord 85 Heidelbergse catechismus zondag 32 1 Johannes 1:7b »

2 Petrus 1:3-15

3Gelijk ons Zijn Goddelijke kracht alles, wat tot het leven en de godzaligheid behoort, geschonken heeft, door de kennis Desgenen, Die ons geroepen heeft tot heerlijkheid en deugd; 4Door welke ons de grootste en dierbare beloften geschonken zijn, opdat gij door dezelve der goddelijke natuur deelachtig zoudt worden, nadat gij ontvloden zijt het verderf, dat in de wereld is door de begeerlijkheid. 5En gij, tot hetzelve ook alle naarstigheid toebrengende, voegt bij uw geloof deugd, en bij de deugd kennis, 6En bij de kennis matigheid, en bij de matigheid lijdzaamheid, en bij de lijdzaamheid godzaligheid, 7En bij de godzaligheid broederlijke liefde, en bij de broederlijke liefde, liefde jegens allen. 8Want zo deze dingen bij u zijn, en in u overvloedig zijn, zij zullen u niet ledig noch onvruchtbaar laten in de kennis van onzen Heere Jezus Christus. 9Want bij welken deze dingen niet zijn, die is blind, van verre niet ziende, hebbende vergeten de reiniging zijner vorige zonden. 10Daarom, broeders, benaarstigt u te meer, om uw roeping en verkiezing vast te maken; want dat doende zult gij nimmermeer struikelen. 11Want alzo zal u rijkelijk toegevoegd worden de ingang in het eeuwig Koninkrijk van onzen Heere en Zaligmaker, Jezus Christus. 12Daarom zal ik niet verzuimen u altijd daarvan te vermanen, hoewel gij het weet, en in de tegenwoordige waarheid versterkt zijt. 13En ik acht het recht te zijn, zolang ik in deze tabernakel ben, dat ik u opwekke door vermaning; 14Alzo ik weet, dat de aflegging mijns tabernakels haast zijn zal, gelijkerwijs ook onze Heere Jezus Christus mij heeft geopenbaard. 15Doch ik zal ook naarstigheid doen bij alle gelegenheid, dat gij na mijn uitgang van deze dingen gedachtenis moogt hebben. (SV)