Preekarchief

Via de filteroptie ‘Toon filter’ bovenaan kunnen de preken gefilterd worden op predikant, Bijbelboek, serie, dienst en datum. Door op de titel (tekst) van de preek te klikken wordt er meer informatie over de preek getoond en is er de mogelijkheid om de preek te downloaden.

Heidelbergse catechismus zondag 29 (Hebreeën 10:1-14)

ds. A.C. Uitslagds. A.C. Uitslag, 26 september 2021
Deel van de Heidelbergse Catechismus serie, gepreekt in een Zondag Morgen dienst

Het sacrament van het heilig avondmaal.
1.De aanwezigheid van Christus.
2.Het onderwijs door Christus.
3.De verzekering in Christus.

Tags:

Eerder: Zelfde dag: Later:
« Psalm 5:8 Galaten 5:16-17 Handelingen 9:21-25 »

Hebreeën 10:1-14

1Want de wet, hebbende een schaduw der toekomende goederen, niet het beeld zelf der zaken, kan met dezelfde offeranden, die zij alle jaren geduriglijk opofferen, nimmermeer heiligen degenen, die daar toegaan. 2Anderszins zouden zij opgehouden hebben, geofferd te worden, omdat degenen, die den dienst pleegden, geen geweten meer zouden hebben der zonden, eenmaal gereinigd geweest zijnde; 3Maar nu geschiedt in dezelve alle jaren weder gedachtenis der zonden. 4Want het is onmogelijk, dat het bloed van stieren en bokken de zonden wegneme. 5Daarom, komende in de wereld, zegt Hij: Slachtoffer en offerande hebt Gij niet gewild, maar Gij hebt Mij het lichaam toebereid; 6Brandofferen en offer voor de zonde hebben U niet behaagd. 7Toen sprak Ik: Zie, Ik kom (in het begin des boeks is van Mij geschreven), om Uw wil te doen, o God! 8Als Hij te voren gezegd had: Slachtoffer, en offerande, en brandoffers, en offer voor de zonde hebt Gij niet gewild, noch hebben U behaagd (dewelke naar de wet geofferd worden); 9Toen sprak Hij: Zie, Ik kom, om Uw wil te doen, o God! Hij neemt het eerste weg, om het tweede te stellen. 10In welken wil wij geheiligd zijn, door de offerande des lichaams van Jezus Christus, eenmaal geschied. 11En een iegelijk priester stond wel alle dagen dienende, en dezelfde slachtofferen dikmaals offerende, die de zonden nimmermeer kunnen wegnemen; 12Maar Deze, een slachtoffer voor de zonden geofferd hebbende, is in eeuwigheid gezeten aan de rechter hand Gods; 13Voorts verwachtende, totdat Zijn vijanden gesteld worden tot een voetbank Zijner voeten. 14Want met een offerande heeft Hij in eeuwigheid volmaakt degenen, die geheiligd worden. (SV)