Preekarchief

Via de filteroptie ‘Toon filter’ bovenaan kunnen de preken gefilterd worden op predikant, Bijbelboek, serie, dienst en datum. Door op de titel (tekst) van de preek te klikken wordt er meer informatie over de preek getoond en is er de mogelijkheid om de preek te downloaden.

Lukas 1:14-17 (Lucas 1:11-26)

ds. A. van Heterends. A. van Heteren, 16 december 2018
Deel van de Advent serie, gepreekt in een Zondag Morgen dienst

Johannes de doper.
1.De Heilige Geest werkt in hem.
2.De Heilige Geest werkt door hem.

Tags:

Eerder: Zelfde dag: Later:
« Jesaja 42:13-17 Lukas 1:7a 1 Samuel 4:1 en 3b »

Lucas 1:11-26

11En van hem werd gezien een engel des Heeren, staande ter rechter zijde van het altaar des reukoffers. 12En Zacharias, hem ziende, werd ontroerd, en vreze is op hem gevallen. 13Maar de engel zeide tot hem: Vrees niet, Zacharias! want uw gebed is verhoord, en uw vrouw Elizabet zal u een zoon baren, en gij zult zijn naam heten Johannes. 14En u zal blijdschap en verheuging zijn, en velen zullen zich over zijn geboorte verblijden. 15Want hij zal groot zijn voor den Heere; noch wijn, noch sterken drank zal hij drinken, en hij zal met den Heiligen Geest vervuld worden, ook van zijner moeders lijf aan. 16En hij zal velen der kinderen Israels bekeren tot den Heere, hun God. 17En hij zal voor Hem heengaan, in den geest en de kracht van Elias, om te bekeren de harten der vaderen tot de kinderen, en de ongehoorzamen tot de voorzichtigheid der rechtvaardigen, om den Heere te bereiden een toegerust volk. 18En Zacharias zeide tot den engel: Waarbij zal ik dat weten? Want ik ben oud, en mijn vrouw is verre op haar dagen gekomen. 19En de engel antwoordde en zeide tot hem: Ik ben Gabriel, die voor God sta, en ben uitgezonden, om tot u te spreken, en u deze dingen te verkondigen. 20En zie, gij zult zwijgen, en niet kunnen spreken, tot op den dag, dat deze dingen geschied zullen zijn; om dies wil, dat gij mijn woorden niet geloofd hebt, welke vervuld zullen worden op hun tijd. 21En het volk was wachtende op Zacharias, en zij waren verwonderd, dat hij zo lang vertoefde in den tempel. 22En als hij uitkwam, kon hij tot hen niet spreken; en zij bekenden, dat hij een gezicht in den tempel gezien had. En hij wenkte hun toe, en bleef stom. 23En het geschiedde, als de dagen zijner bediening vervuld waren, dat hij naar zijn huis ging. 24En na die dagen werd Elizabet, zijn vrouw, bevrucht; en zij verborg zich vijf maanden, zeggende: 25Alzo heeft mij de Heere gedaan, in de dagen, in welke Hij mij aangezien heeft, om mijn versmaadheid onder de mensen weg te nemen. 26En in de zesde maand werd de engel Gabriel van God gezonden naar een stad in Galilea, genaamd Nazareth; (SV)