Preekarchief

Via de filteroptie ‘Toon filter’ bovenaan kunnen de preken gefilterd worden op predikant, Bijbelboek, serie, dienst en datum. Door op de titel (tekst) van de preek te klikken wordt er meer informatie over de preek getoond en is er de mogelijkheid om de preek te downloaden.

Openbaringen 2:18-29 (Openbaringen 2:18-29)

ds. A.C. Uitslagds. A.C. Uitslag, 15 september 2019
Deel van de Brief aan de zeven gemeenten die in Azië zijn serie, gepreekt in een Zondag Morgen dienst

Thyatìra waar men de zonde ongemoeid laat.
1.De valse profetes Izebel.
2.De hoogste profeet Jezus.

Tags:

Eerder: Zelfde dag: Later:
« Openbaringen 20:7-15 Nederlandse geloofsbelijdenis artikel 32 Openbaringen 3:1-6 »

Openbaringen 2:18-29

18En schrijf aan den engel der Gemeente te Thyatire: Dit zegt de Zoon van God, Die Zijn ogen heeft als een vlam vuurs, en Zijn voeten zijn blinkend koper gelijk: 19Ik weet uw werken, en liefde, en dienst, en geloof, en uw lijdzaamheid, en uw werken, en dat de laatste meer zijn dan de eerste. 20Maar Ik heb enige weinige dingen tegen u, dat gij de vrouw Jezabel, die zichzelve zegt een profetes te zijn, laat leren, en Mijn dienstknechten verleiden, dat zij hoereren en afgodenoffer eten. 21En Ik heb haar tijd gegeven, opdat zij zich zou bekeren van haar hoererij, en zij heeft zich niet bekeerd. 22Zie, Ik werp haar te bed, en die met haar overspel bedrijven, in grote verdrukking, zo zij zich niet bekeren van hun werken. 23En haar kinderen zal Ik door den dood ombrengen; en al de Gemeenten zullen weten, dat Ik het ben, Die nieren en harten onderzoek. En Ik zal ulieden geven een iegelijk naar uw werken. 24Doch Ik zeg ulieden, en tot de anderen, die te Thyatire zijn, zovelen, als er deze leer niet hebben, en die de diepten des satans niet gekend hebben, gelijk zij zeggen: Ik zal u geen anderen last opleggen; 25Maar hetgeen gij hebt, houdt dat, totdat Ik zal komen. 26En die overwint, en die Mijn werken tot het einde toe bewaart, Ik zal hem macht geven over de heidenen; 27En hij zal ze hoeden met een ijzeren staf; zij zullen als pottenbakkersvaten vermorzeld worden; gelijk ook Ik van Mijn Vader ontvangen heb. 28En Ik zal hem de morgenster geven. 29Die oren heeft, die hore wat de Geest tot de Gemeenten zegt. (SV)