Preekarchief

Via de filteroptie ‘Toon filter’ bovenaan kunnen de preken gefilterd worden op predikant, Bijbelboek, serie, dienst en datum. Door op de titel (tekst) van de preek te klikken wordt er meer informatie over de preek getoond en is er de mogelijkheid om de preek te downloaden.

Markus 1:31b (Marcus 1:21-39)

ds. R. Kokds. R. Kok, 10 februari 2019
Deel van de Vrije Stof serie, gepreekt in een Zondag Middag dienst

Tags:

Eerder: Zelfde dag: Later:
« Johannes 4:10-30 Openbaringen 3:1-6 1 Thessalonicensen 5:17 »

Marcus 1:21-39

21En zij kwamen binnen Kapernaum; en terstond op den sabbatdag in de synagoge gegaan zijnde, leerde Hij. 22En zij versloegen zich over Zijn leer; want Hij leerde hen, als machthebbende, en niet als de Schriftgeleerden. 23En er was in hun synagoge een mens, met een onreinen geest, en hij riep uit, 24Zeggende: Laat af, wat hebben wij met U te doen, Gij Jezus Nazarener, zijt Gij gekomen om ons te verderven? Ik ken U, wie Gij zijt, namelijk de Heilige Gods. 25En Jezus bestrafte hem, zeggende: Zwijg stil, en ga uit van hem. 26En de onreine geest, hem scheurende, en roepende met een grote stem, ging uit van hem. 27En zij werden allen verbaasd, zodat zij onder elkander vraagden, zeggende: Wat is dit? Wat nieuwe leer is deze, dat Hij met macht ook den onreine geesten gebiedt, en zij Hem gehoorzaam zijn! 28En Zijn gerucht ging terstond uit, in het gehele omliggende land van Galilea. 29En van stonde aan uit de synagoge gegaan zijnde, kwamen zij in het huis van Simon en Andreas, met Jakobus en Johannes. 30En Simons vrouws moeder lag met de koorts; en terstond zeiden zij Hem van haar. 31En Hij, tot haar gaande, vatte haar hand, en richtte haar op; en terstond verliet haar de koorts, en zij diende henlieden. 32Als het nu avond geworden was, toen de zon onderging, brachten zij tot Hem allen, die kwalijk gesteld, en van den duivel bezeten waren. 33En de gehele stad was bijeenvergaderd omtrent de deur. 34En Hij genas er velen, die door verscheidene ziekten kwalijk gesteld waren; en wierp vele duivelen uit, en liet de duivelen niet toe te spreken, omdat zij Hem kenden. 35En des morgens vroeg, als het nog diep in den nacht was, opgestaan zijnde, ging Hij uit, en ging henen in een woeste plaats, en bad aldaar. 36En Simon, en die met hem waren, zijn Hem nagevolgd. 37En zij Hem gevonden hebbende, zeiden tot Hem: Zij zoeken U allen. 38En Hij zeide tot hen: Laat ons in de bijliggende vlekken gaan, opdat Ik ook daar predike; want daartoe ben Ik uitgegaan. 39En Hij predikte in hun synagogen, door geheel Galilea, en wierp de duivelen uit. (SV)